Woorden 16.1
|
Klik een woordbetekenis aan. Klik vervolgens in het tekstvak van het Griekse woord waar de betekenis bijhoort. Een betekenis terugzetten? Klik op de desbetreffende betekenis in de rechterkolom.
|
beide(n)
ἀμφότεροι
best
βέλτιστος
vrouwelijk
θῆλυς, θήλεος
werktuig, (hulp)middel, list
μηχανή, ἡ
vier
τέτταρες M.F./τέτταρα N., τέτταρων
derde
τρίτος
beroven van
ἀποστερέω + gen.
minachten
καταφονέω + gen.
tegelijk
ἅμα bijwoord
tegelijk/samen met
ἅμα + dat.
terwijl
ἅμα + ptc.
hoewel
καίπερ + ptc.
acht
ὀκτώ