S
tamtijden
18
V
oorbeeld
λύω
ἔλυσα
het is nodig dat, het/men moet
Z
elf doen
δεῖ
?
ἐδέησε(ν)
?
het is nodig dat, het/men moet
διδάσκω
?
ἐδίδαξα
?
leren, onderwijzen
δοκέω
?
ἔδοξα
?
(toe)schijnen, de indruk maken te; menen
ἐλαύνω
?
ἤλασα
?
rijden, varen
καλέω
?
ἑκάλεσα
?
roepen, noemen
σῳζω
?
ἔσωσα
?
redden, behouden