Oefening 18.5 

Ga met de muis over een zin. Er verschijnt dan een schermpje waarop u de uitwerking kunt zien. Gebruikt u een tablet of telefoon, dan kunt u de woorden aanraken.


Ὑμᾶς συνέλεξα, ὦ ἄνδρες Πέρσαι, μέλλων ζευγνύναι1 τὸν ῾Ελλήσποντον καὶ στρατιὰν ἄγειν διὰ

τῆς Εὐρώπης πρὸς τὴν Ἑλλάδα.
Mannen Perzen, ik heb jullie bij elkaar gebracht omdat ik op het punt sta een brug over de Hellespont te slaan en een leger door Europa naar Griekenland te leiden.
ζητῶ γὰρ τοὺς Ἀθηναίους τιμωρῆσαι2 πάντων ὅσα ἐποίησαν3

τούς τε Πέρσας καὶ τὸν ἐμὸν πατέρα.
Want ik ben eropuit de Atheners te straffen voor alles wat zij de Perzen en mijn vader hebben aangedaan.
οὐ γὰρ ἀγνοεῖτε καὶ Δαρεῖον σφόδρα ἐπιθυμοῦντα

στρατεύειν ἐπὶ τοὺς ἄνδρας τούτους.
Want jullie weten goed (lett.: want jullie weten niet niet) dat ook Dareios er erg naar verlangde tegen die mannen op te trekken.
ἀλλ᾿ ἐκεῖνος τὸν βίον ἐτελεύτησεν.
Maar hij heeft het leven beëindigd (= is gestorven).
διὰ τοῦτο ἔδοξέ μοι

στόλον παρασκευάζειν ἐπὶ τοὺς Ἀθηναίους, οἳ ἐμὲ καὶ τὸν πατέρα τὸν ἐμὸν ἦρξαν ὑβρίζοντες.


Daarom heb ik dit besloten: een expeditie tegen de Atheners uit te rusten, die begonnen zijn mij en mijn vader brutaal te behandelen.
 
1  ζεύγνυμι: een brug slaan over.
2  τιμωρέω: straffen voor.
3  ὅσα ἐποίησαν...πατέρα: ποιέω + dubbele acc.: aandoen
   (iemand iets).