TOELICHTING BIJ XENOPHON, OECONOMICUS 7

Toelichting bij Xenophon, Oeconomicus 7
In de Oeconomicus 7 beschrijft Xenophon de taken van man en vrouw in de agrarische οἶκος. Hij is geen groot literator. Zijn beschrijving, hoewel in onze ogen misschien soms enigszins karikaturaal, is nauwkeurig en gewetensvol opgesteld. Aan de beschrijving ligt een ideaalbeeld ten grondslag. Onderstaande aantekeningen maken dit beeld beter zichtbaar.

Renteniersmentaliteit
De meeste πόλεις waren agrarische staten. Hun ideaal was een vrijheid die bestond uit zelfvoorziening. Mettertijd konden ze evenwel hun burgers niet volledig voeden en werden ze gedwongen tot economisch verkeer met de buitenwereld. Door afkeer daarvan ontwikkelden de economie van de πόλεις zich maar moeizaam en gebrekkig, maar bleef zij tegelijkertijd het domein waar het particulier initiatief vrij krachtig kon zijn. De gegoede burgers achtten het beneden hun waardigheid om met hun handen geld te verdienen. Zij zagen dit als een inperking van hun vrijheid. Deze renteniersmentaliteit speelde een belangrijke rol in de waardering van de verschillende sociale klassen in de πόλεις.

Sociale stratificatie
Bovenaan de sociale ladder stond de aristocratie, waarvan de leden niet met de handen hoefden te werken. Hun rijkdom berustte op landbezit. De vrije boer, die door productie van eigen bodem zijn kon garanderen stond ook in hoog aanzien, maar tegelijkertijd werd er op hem neergekeken omdat hij zelf op zijn land in de weer was. Handel en nijverheid kwamen in belangrijke mate in handen van vreemdelingen van elders. Vaak werkten ze met slaven samen in eigen bedrijfjes. In het klassieke Athene werkte zich overigens ook een groeiend aantal burgers en vreemdelingen tot nieuwe rijken op. Hoewel slaven vaak in huishoudens een vertrouwenspositie bekleedden, stonden ze onder op de sociale ladder. Ze waren nu eenmaal geen vrijen. Dit gold eens te meer voor staatsslaven, zoals die bijvoorbeeld in Athene werkten. Maar ook op arme dagloners werd neergekeken.

De mannelijke en de vrouwelijke aard: machtsdifferentiatie
In het algemeen zag men de wijze waarop de verhouding tussen man en vrouw georganiseerd was als door de goden gewild en ‘natuurlijk’ of biologisch bepaald. Zoals in patriarchale maatschappijen gebruikelijk, werd de man als norm gezien en de vrouw gedefinieerd in afgeleide termen. De vrouw gold altijd als de fysiek zwakkere. De meningen over haar karakter liepen uiteen van moreel ongelijkwaardig aan dat van de man, moreel gelijkwaardig maar met specifieke sterkten en zwakten, tot, in een enkel geval, moreel gelijkwaardig en gelijksoortig.
Gedurende het grootste deel van haar leven stond de vrouw onder het gezag van de man, meestal haar vader en vervolgens haar echtgenoot. In deze constructie was overigens een aantal maatregelen ingebouwd dat de vrouw tegen willekeur beschermde en haar een veilige en geëerde positie als burgeres garandeerde. Weduwen hadden meer speelruimte dan gehuwde vrouwen, maar ook zij waren juridisch handelingsonbekwaam. Vrouwen uit de lagere klassen groeiden minder beschermd op. Zij speelden vaak een rol op de arbeidsmarkt en genoten daardoor grotere vrijheid.

Seksuele ethiek in Athene: de burgervrouw
Het huwelijk was een zakelijke aangelegenheid. De partners waren elkaar respect verschuldigd, maar de burger huwde niet in de eerste plaats om bij zijn vrouw seksuele of emotionele bevrediging te vinden. Over de seksualiteit van de burgervrouw werd slechts dan, en wel in ongunstige zin, gesproken als zij de patriarchale kaders schond. Promiscuïteit was haar verboden en ze moest als maagd het huwelijk ingaan. Ze trouwde jong, zodat haar vruchtbaarheid optimaal benut kon worden en ze zo snel mogelijk gezonde kinderen zou baren, bij voorkeur zoons. Dat het daarbij niet ging om zoveel mogelijk kinderen, blijkt onder meer uit het feit dat de man pas op latere leeftijd trouwde. De levensstandaard lag in het algemeen niet zo hoog, terwijl in geval van landbezit verdeling van de erfenis onaantrekkelijk was.

Seksuele ethiek in Athene: de burger  
   
      
 Tekst
 Flavius Josephus
Andere auteurs