Woorden 14.2

Klik een woordbetekenis aan. Klik vervolgens in het tekstvak van het Griekse woord waar de betekenis bijhoort.
Een betekenis terugzetten? Klik op de desbetreffende betekenis in de rechterkolom.



  jaar  
  ἔτος, ἔτους, τό
  sieraad, tooi  
  κόσμος, ὁ
  menigte, massa, hoeveelheid  
  πλήθος, πλήθους, τό
  weggaan  
  ἄπειμι (< εἶμι)
  aanwijzen, (aan)tonen  
  δείκνυμι
  1. gaan, komen; 2. zullen gaan, zullen komen  
  εἶμι
  1. laten gaan; 2. zenden  
  ἵημι
  leren kennen, begrijpen, vernemen  
  μανθάνω
  voorbijgaan  
  πάρειμι (< εἶμι)
  vullen  
  πίμπλημι
  gegroet!  
  χαῖρε/χαίρετε imperat. van χαίρω
  hierheen  
  δεῦρο
  1. op; 2. tijdens  
  ἐπί + gen.
  aan de zijde van, bij  
  παρά + dat.
  wat dat betreft, mֶet het oog hierop, in reactie hierop  
  πρὸς ταῦτα