Oefening 9.1 

Ga met de muis over een opgave. Er verschijnt dan een schermpje waarop u de uitwerking kunt zien. Gebruikt u een tablet of telefoon, dan kunt u de woorden aanraken.


Jullie maken los. λύεις.
Maak los! λῦε.
Ik ben. ἐσμέν.
Wij houden van. φιλῶ.
Zij berichten. ἀγγέλλει.
Zij doen. ποιεῖ
Wees! ἔστε.
Zend! πέμπετε.
Jij verbergt. κρύπτετε.
Wij gaan. βαίνω.
Jij roept. καλεῖτε.
Hij is blij met. χαίρουσι(ν).
Wij zijn gekomen. ἥκω.